Het paard achter de wagen: het schadebegrip in het wegvervoer

Februari 2025

Wie denkt aan de risico’s bij het vervoeren van goederen over de weg, denkt al snel aan verlies of beschadiging van de goederen. Er zijn echter veel meer zaken die onderweg fout kunnen gaan. Of de vervoerder voor de veroorzaakte schade aansprakelijk is, hangt af van het aansprakelijkheidsregime dat van toepassing is.

Zo kan het voorkomen dat partijen het er wel over een zijn dat de vervoerder een fout heeft gemaakt, maar dat zij het er niet over eens worden of (en in hoeverre) hij voor de daardoor veroorzaakte schade aansprakelijk is. Een recent vonnis van de rechtbank Rotterdam[1] gaat over een vervoerder die weliswaar het paard achter de wagen had gespannen, maar niet tot vergoeding van de schade wilde overgaan.

De casus

Een vervoerder krijgt van zijn opdrachtgever een opdracht voor het wegvervoer van een uit Argentinië afkomstige lading bevroren paardenvlees van Rotterdam naar Dordrecht. Het paardenvlees is bestemd voor de Europese snackindustrie.

Een chauffeur van de vervoerder heeft de container met de lading in ontvangst genomen en dezelfde dag afgeleverd aan de afzender, die ook de geadresseerde is. De chauffeur van de vervoerder heeft – in strijd met de instructie van de afzender in de transportopdracht – de lading vóór aflevering niet veterinair laten keuren door de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA). De planningsafdeling van de vervoerder, zo werd toegegeven, was vergeten de instructie door te geven aan de chauffeur.

Keuring achteraf was niet meer mogelijk, omdat de verzegeling van de container was verbroken en de lading was gelost. Het gevolg is dat de NVWA de lading voor invoer in de EU weigert. De afzender heeft geen andere keuze dan de zending paardenvlees te vernietigen.

Achtergrond

De ‘hoofdverplichting’ van de vervoerder is het ter bestemming afleveren van de goederen in de staat waarin hij deze heeft ontvangen (“goed erin, goed eruit”).  Art. 17 CMR  en art. 8:1095 BW regelen de aansprakelijkheid van de wegvervoerder voor verlies van of schade aan door hem vervoerde zaken. Uit de jurisprudentie van de Hoge Raad volgt dat deze regelingen niet uitputtend zijn.

Voor andere schade dan ‘ladingschade’ kan de vervoerder aansprakelijk zijn op grond van het toepasselijke nationale (verbintenissen)recht. Zo kan de vervoerder ook aansprakelijk zijn voor het schenden van een ‘nevenverplichting’, bijvoorbeeld het verstrekken van onjuiste laadinformatie dat tot problemen leidt bij de douane. [2]

Nauw verweven met het onderscheid tussen een hoofdverplichting en een nevenverplichting is de vraag wanneer er sprake is van ladingschade. De Hoge Raad heeft zich namelijk nog niet uitgelaten over de vraag of voor schade in de zin van art. 17 CMR (en boek 8 BW) sprake moet zijn van een moleculaire, fysische verandering van de lading, of dat ook een objectief vast te stellen economische waardevermindering als ladingschade kan worden aangemerkt. Deze laatste, ruimere opvatting is de afgelopen jaren met name in beeld gekomen in gevallen waar publiekrechtelijke regelgeving met betrekking tot levensmiddelen of medicijnen niet in acht was genomen.[3]

Bij aansprakelijkheid voor ladingschade kan de vervoerder een beroep doen op een aansprakelijkheidslimiet. Daar staat tegenover dat hij zijn aansprakelijkheid niet contractueel kan uitsluiten en dat de lat voor een succesvol beroep op vervoerdersovermacht hoog is. Bij aansprakelijkheid voor schade door het schenden van een nevenverplichting is het net andersom. Aansprakelijkheid is in beginsel onbeperkt, tenzij de vervoerder deze contractueel heeft uitgesloten. De vereisten voor een beroep op overmacht in de zin van art. 6:75 BW zijn bovendien veel coulanter.

Oordeel rechtbank

De vraag die de rechtbank Rotterdam moest beantwoorden is of de NVWA-weigering, het gevolg van het niet laten keuren van de lading door de vervoerder, geldt als ladingschade in de zin van artikel 8:1095 BW.

De rechtbank Rotterdam overweegt met verwijzing naar de arresten van de Hoge Raad dat artikel 17 CMR en artikel 8:1095 BW uitsluitend de aansprakelijkheid van de vervoerder voor verlies van en schade aan internationaal vervoerde goederen regelen. De rechtbank overweegt dat de keuring een kleine wijziging in de route en een extra stop vereiste, waarvoor de vervoerder geen aanzienlijk hogere vergoeding kreeg. De lading, die aanvankelijk bestemd was voor de Europese markt, kon na aflevering niet meer de EU in vanwege de fout van de vervoerder. De NVWA keurde de lading af met een stempel "refused entry EU".

De rechtbank oordeelt dat de weigering van invoer als schade moet worden gezien. De vervoerder heeft de lading immers niet in dezelfde staat afgeleverd als waarin zij deze ten vervoer heeft ontvangen. De vervoerder is daarom aansprakelijk voor de schade die de afzender door deze tekortkoming heeft geleden. Een beroep op de limiet van € 3,40 p/kg (art. 8:1105 BW) kwam niet aan de orde omdat het onderhavige paardenvlees goedkoper is dan € 3,40 per kilo.

Conclusie

De rechtbank Rotterdam sluit aan bij de signalen in de literatuur en jurisprudentie dat de waardevermindering van de zending ten gevolge van een schending van publiekrechtelijke regelgeving als ladingschade kan worden aangemerkt. Daarmee valt de schade binnen het bereik van art. 8:1095 BW en is aansprakelijkheid van de vervoerder een gegeven.

Wordt vervolgd

De vervoerder heeft hoger beroep ingesteld bij het hof Den Haag. We hopen u in een toekomstige blog te laten weten of het vonnis van de rechtbank de keuring heeft doorstaan.

* * *

[1] Rechtbank Rotterdam 26 juni 2024, ECLI:NL:RBROT:2024:6332; S&S 2024/108.
[2] Hoge Raad 18 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3624 (Schenker/Transfennica). Ook kan de vervoerder aansprakelijk zijn voor schade veroorzaakt aan andere zaken dan de vervoerde zaken, zie Hoge Raad 15 april 1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1333 (Cargofoor).
[3] Zie bijvoorbeeld M.H. Claringbould, ‘Dossier Transport’, de Beursbengel 2020/896, p. 27.

Deel dit artikel

Gerelateerde artikelen

Nieuwsbrief

Wilt u op de hoogte blijven van belangrijke ontwikkelingen en updates, dan kunt u zich aanmelden voor onze nieuwsbrief!

©2025 Van Traa advocaten N.v. Alle rechten voorbehouden